Lang leve de diversiteit aan onderwijsvisies

De laatste tijd zie ik op mijn twittertijdlijn en op facebook te vaak berichten die propageren dat onderwijsvisie A beter is dan onderwijsvisie B. Dat coachen taboe is, of dat een school juist alleen maar coaches meer heeft. Dat directe instructie de weg te gaan is, maar dan ook weer niet meer dan één uur per dag. Dat homogene groepen wetenschappelijk bewezen de kenniskloof tussen sterk en zwak vergroten. Daar tegenover lees ik weer, dat in heterogene groepen leerlingen onvoldoende uitgedaagd worden. Dat differentiëren op zijn retour is, waarbij ik me dan afvraag welke vorm van differentiëren dan bedoeld wordt.

De discussie verhardt en lijkt aan te sturen op verschillende kampen. Volgens mij is dat niet de weg die we moeten bewandelen.

Natuurlijk moeten we als beroepsgroep luisteren naar wat onderzoek ons leert en daar ons handelen mee verrijken. Ik ben de laatste die zal beweren dat kennis opdoen overbodig is geworden. Maar ik ben ook de laatste die zal zeggen dat dat het enige doel is. Dat geldt ook voor coachen. Behalve dat ik vakdidactisch probeer te coachen ben ik ook coach in een rol als mentor en leerlingbegeleider, waarin ik de leerlingen help in hun sociaal-emotionele en persoonlijke ontwikkeling maar ook help in het aanleren van effectieve leerstrategieën. Ik differentieer in: toetsen, instructie, werkvormen & tijd. En dat doe ik zowel in homogene als in heterogene groepen, omdat ik zie en ervaar dat leerlingen daar behoefte aan hebben en er sterker van worden dan als ik dat niet doen.

Ik vind het prachtig dat we in Nederland niet alleen traditionele gymnasia kennen, maar ook een Vathorst College waarin expressie en persoonlijke ontwikkeling een grote rol spelen. Jenaplan, vrijescholen, Montessori scholen, Dalton onderwijs, Agora: prachtig dat deze naast elkaar kunnen bestaan. Leerlingen en ouders hebben zo de mogelijkheid om een vorm van onderwijs te kiezen die aansluit bij de behoefte van het kind. En op al die scholen zul je een vorm van coaching aantreffen, zal differentiatie een rol spelen, zal er zorg zijn voor leerlingen die dat nodig hebben, zal kennisoverdracht plaats vinden, wordt leerlingen geleerd kritisch na te denken en samen te werken.

Op al die scholen lopen kinderen rond die zichzelf aan het ontdekken zijn, die leergierig zijn of juist even wat minder, die hun talenten graag willen laten zien of juist willen ontdekken, die astronaut willen worden, journalist of verpleegkundige.

Op al die scholen werken professionals die leerlingen van alles bij brengen. Ze leren de leerlingen kennis van hun vak, ze geven de leerlingen begeleiding op hun persoonsvorming. Leerkrachten die vooral een band aan gaan met de kinderen die ze les geven.

Vanuit de relatie ontstaat goed onderwijs

Want al is je visie nog zo mooi, als de docent de relatie met de klas niet kan aangaan en er geen leerklimaat ontstaat, wordt er eenvoudigweg niet geleerd.

Mijn wens zou zijn, dat de verscheidenheid aan scholen die we hebben m.b.t. onderwijsvisies naast elkaar mogen bestaan en dat je daar gaat werken of naar school gaat waar de onderwijsvisie aansluit bij je persoonlijke drijfveren.

En dat iedere docent dagelijks probeert een betere docent te zijn dan hij de dag ervoor was.