Wat hebben differentiëren, groepshandelingsplannen en samenwerken met elkaar gemeen?

Tof die cursus tot E-coach van de Hogeschool Utrecht. Een ware onderdompeling in didactiek en allerlei gedachtes en visies over het inrichten van goed onderwijs.

Ik vind het nog steeds lastig om een definitie te geven van wat goed onderwijs nou eigenlijk is.

Laatst gaf ik een korte impressie over mijn ‘digitale didactiek’ aan het ouderplatform van onze school. Een zeer gewaardeerde collega die daarbij aanwezig was, vertelde achteraf dat ze enorm geïnspireerd was door de mogelijkheden die ze zag om in haar lessen te integreren.  Je voelt de ‘maar’ wellicht al aan komen. Die kwam ook: ‘maar waar moet ik beginnen? Het is zo groot en omvattend!’

Tja wat voor antwoord geef je daarop?

  • Het begint bij lef hebben, en soms niet te lang nadenken maar gewoon gaan doen, gewoon iets oppakken.
  • Het begint bij een keuze maken: welke één dingetje ga ik deze week één keer doen?
  • Het begint bij samenwerken, zoek sparringpartners bij collega’s , in je persoonlijke leernetwerk buiten de school, bij je leerlingen. Als jij laat zien dat je met collega’s samen werkt (bezoek elkaars lessen) geef je gelijk een mooi voorbeeld).
  • Deel (dat is geven en nemen, en in het begin misschien wel iets meer nemen dan geven): je lesideeën, lesmateriaal, je vragen, je bronnen.
  • Had ik lef al genoemd, ofwel durf fouten te maken en daarvan te leren ?  Interessant leesvoer over o.a. fouten maken in een artikel van De Morgen
  • Lees eens een boek over onderwijs. Bijvoorbeeld Make it stick,  Wat werkt op scholen (Marzano), Scholen om van te leren (Kennisnet).
  • Maak een twitter account en verken welke wereld daar voor je open gaat.

Dat heb ik allemaal niet als antwoord gegeven. Juliette, ik hoop dat je het hier alsnog leest.

Mijn antwoord was:

“Vind een rode draad in je doen en laten, en doe alleen de dingen waarvan je verwacht dat ze daar aan bijdragen. Mijn rode draad is dat ik leerlingen op een passend niveau wil uitdagen en aan het werk wil krijgen. En het liefst in combinatie met activerende (ICT) werkvormen op onze leerpleinen.”

Ik besef me dat het nog steeds een soort container is. En dat is prima, want dat geeft lekker veel ruimte.

Ruimte om nu  met differentiëren bezig te zijn. Ook dat kun je heel erg groot maken. Maar als je naar je lespraktijk kijkt, dan zie je waarschijnlijk al dat je dat doet. Je geeft een klein groepje nog eens uitleg over een onderwerp, terwijl andere leerlingen zelfstandig werken. Je laat vast wel eens een leerling iets aan een andere leerling uitleggen. Je hebt vast wel eens een diagnostische toets gegeven en leerlingen individueel feedback daarop gegeven. Die ene leerling mag vast af en toe een oortje met muziek in om zich af te sluiten van storende omgevingsgeluiden. Het praten over differentiëren, het erover lezen, het bewust worden van mogelijke keuzes die je nog meer kunt maken: het versterkt je beeld, je kader waardoor je differentiëren nog beter kunt toepassen t.b.v. het individuele kind. Maar doe het vooral samen. Als er een handelingsplan op de groep is, bespreek dan met mede collega’s die les geven wat hun ervaringen zijn: wat werkt, wat werkt niet? (En is er geen groepshandelingsplan, dan is dat een gemis!)

Vooral een steeds meer komt het besef dat je onderwijs niet in je eentje kunt maken. Dat lukt alleen samen.

Samen met ……..jou?